Woningmarkt Voor het eerst in een jaar versnelt de stijging van de huizenprijzen. Door gebrek aan beschikbare koopwoningen zet die trend door, verwacht makelaarsvereniging NVM.

De huizenprijzen gaan in 2020 harder stijgen dan gedurende het afgelopen jaar. Dat verwacht makelaarsvereniging NVM, die deze donderdag nieuwe kwartaalcijfers over de woningmarkt heeft gepresenteerd.

Afgelopen kwartaal, blijkt uit die cijfers, steeg de waarde van woningen voor het eerst in een jaar harder dan het kwartaal ervoor. Aan die ontwikkeling zien de makelaars dit jaar geen einde komen. Een Nederlands huis kost nu gemiddeld 326.000 euro, 8 procent meer dan eind 2018.

Oorzaak van de sneller stijgende huizenprijzen is het afnemende aanbod. Terwijl in de laatste drie maanden meer woningen werden verkocht (3,2 procent meer op jaarbasis), werden minder woningen te koop gezet (4,4 procent minder op jaarbasis). Eind 2019 stonden bijna 38.000 woningen in de etalage, ruim 18 procent minder dan een jaar eerder. Volgens de NVM kunnen huizenzoekers gemiddeld uit minder dan drie geschikte woningen kiezen, het laagste niveau ooit.

Een bevolking die sneller groeit dan voorzien en aanhoudende berichtgeving over de wooncrisis in Nederland vergroten de druk op de woningmarkt verder, aldus de NVM. „Mensen hebben het idee dat ze nú moeten toeslaan, voordat ze straks helemaal niet meer kunnen kiezen”, zegt een woordvoerder. Bij 40 procent van alle woningtransacties wordt meer betaald dan de vraagprijs.

Huizenbezitters kunnen geen kant op

Dat minder huizen te koop zijn gezet, komt deels doordat woningbezitters die wel zouden willen verhuizen geen geschikt nieuw pand kunnen vinden. „Daarom blijven ze zitten waar ze zitten”, zegt de NVM-woordvoerder. „Ze kunnen geen kant op.” Daarnaast kwam in het laatste kwartaal van 2019 12 procent minder nieuwbouwwoningen in de verkoop dan een jaar eerder.

Wat evenmin helpt is dat de aangeboden nieuwbouwhuizen inmiddels zo duur zijn – gemiddeld 62.000 euro duurder dan bestaande huizen – dat het lijkt „alsof een grens is overschreden van wat mensen willen betalen”, aldus de NVM. Dat de prijzen voor bestaande en nieuwe huizen zo ver uit elkaar liggen, wijt de makelaarsvereniging aan „een opeenstapeling van eisen voor nieuwbouw, dure grond en meer verduurzamingsmaatregelen”.

De NVM verwacht niet dat daar snel verandering in komt. „Prijzen van nieuwbouwhuizen worden door veel factoren bepaald”, zegt de woordvoerder. „Wil je dat veranderen, dan moet je aan elke knop draaien. Dat kost moeite en tijd.” De bouwproductie neemt vooralsnog niet toe: in november berichtte het CBS dat bijna een kwart minder bouwvergunningen voor woningen was verleend dan een jaar eerder.

Regionale verschillen

De NVM wijst erop dat de prijsstijging regionaal sterk kan verschillen. Zo lagen de prijzen in de regio Ruurlo-Eibergen vorig kwartaal liefst 19 procent hoger dan een jaar eerder. De waarde van woningen in Amsterdam nam in dezelfde periode met 4,4 procent toe. Toch is de prijsstijging in Amsterdam opvallend, omdat in de hoofdstad het afgelopen jaar de prijzen in twee van de vier kwartalen afnamen. Die trend is nu, net als in de rest van het land, weer omgedraaid.